Kortrijk, het laboratorium van de Leiewerken

Op zondag 15 maart 2015 vindt de officiële opening van de nieuwe Budabrug plaats: met gratis frieten, oliebollen en drank. Vijf (!) jaar heeft deze klus voor de zesde brug geduurd. Veel Overleienaars hadden hun ogen nog enkel om te wenen. Agnès Peil van DVW geeft in haar obligate speech toe dat het project bloed, zweet en tranen heeft gekost. Haar projectingenieur Peter De Meyer zegt fier als een gieter: ‘Dit was mijn moeilijkste project ooit.’ Kleine correctie: dit was zijn eerste project ooit. Die bouw van die Budabrug was eigenlijk een soort stageopdracht.

Met die Budabrug is zowat alles fout gelopen wat maar kon fout lopen. Op zondag 7 november 2010 zou met groot vertoon de oude brug worden afgebroken, maar ze gaf geen krimp. De ingenieurs van de Leiewerken hadden zich weer eens misrekend (HLN 08/11/2010). Enkele maanden later begint het herenhuis van het OCMW naast de brug in twee te splijten. Er is weinig aan de hand, beweren de toplui van DVW eerst (HLN 19/05/2011). In januari 2012 wordt het gebouw echter volledig ontruimd wegens instortingsgevaar (HN 25/01/2012) en enkele maanden later gesloopt. De apotheek aan de andere kant van de brug ondergaat hetzelfde lot (zie later: De apotheek aan de Budabrug).

In het weekeinde van 13-14 juli 2013 zien we dag en nacht aan de Leieboorden vrachtwagens op en af rijden. We vernemen dat in allerijl tonnen zand vanuit de havens van Gent en Zeebrugge moeten worden aangevoerd. Op de werf van de Budabrug is de straat en een deel van de Fabriekskaai in de Leie aan het schuiven. ‘Er was een enorme afschuiving, omdat de oever zeer instabiel bleek te zijn’, zegt Peter De Meyer (DVW), de Comical Ali van dienst in HN 18/07/2013. ‘Het probleem is ondertussen goed opgelost. Er is geen enkel risico meer op verdere verzakkingen.’

Werken aan de Budabrug in 2014.© Stad Kortrijk

In september 2014 wordt de nieuwe Budabrug getest, en ook dit eindigt desastreus: één van de vijzels die de tafelbrug omhoog duwt, begeeft. Het designgevaarte gaat scheef over de Leie hangen en is ernstig beschadigd. Maar ook wanneer de brug eindelijk opengaat, gaat het geregeld mis. In de pers en op Facebook maakt men er intussen een sport van om als eerste over de nieuwste kuren van de Budabrug te berichten. Op een parlementaire vraag  over de Leiewerken antwoordt bevoegde minister Ben Weyts (NVA) dat de brug tussen januari 2016-juni 2017 alleen al de brug 50 keer defect was (KW 17/11/2017).

Tv-crimi

Vijf jaar lang is Overleie van het stadscentrum afgesloten voor de bouw van één brugje: dit is crimineel. Het viaduct van Millau in Frankrijk, met 343 m de hoogste brug ter wereld en 2,5 km lang, werd in 3 jaar gerealiseerd (oktober 2001 – december 2004). De verbinding tussen Denemarken en Zweden bestaat uit een brug van 8 km (bekend van de Scandinavische tv-crimi The Bridge), een kunstmatig eiland van 4 km lang en ook nog eens een tunnel van 4 km. Start van de bouw: september 1993. Ingebruikname: juli 2000.

Brug van Millau in Frankrijk: 343 m hoog en 2,5 km lang, in 3 jaar tijd gebouwd.

Maar laten we eens teruggaan naar het prille begin, nog vóór de bulldozers ons stuk Overleie tot puin reduceerden. En vooral naar dit anonieme citaat in de thesis van Thomas Block (p.214): ‘De keuze voor het tracé was: of via de Schelde of via de Leie. De Schelde was dan via Doornik en daar was een gedeelte van het stadscentrum beschermd. Achteraf is gebleken dat de brug die grootste belemmering zou hebben gevormd, eigenlijk geen historische brug is. Het ministerie van Openbare Werken heeft toen voor Kortrijk gekozen met het idee dat het veel eenvoudiger zal zijn, maar ik denk dat men dat toch schromelijk heeft onderschat. Ze hadden eigenlijk geen traditie om in steden doortochten te ontwikkelen.’

Sommige ingenieurs die de schadelijders adviseren, noemen de moderniseringswerken van de Leie in het Kortrijkse stadscentrum een ‘waanzinnig idee’. Een ingenieur die in onderaanneming werken aan de Leie ontwierp, spreekt van een ‘slecht project’. Wat niet kan worden ontkend: DVW had in Vlaanderen inderdaad geen enkele ervaring of expertise met de realisatie van doortochten door een stadscentrum, wel met ringvaarten. Deze kaart bevestigt dit: klik hier.

Schoolbanken

De man achter de Leiedoortocht Kortrijk was ir. Paul Spruytte van Waterwegen, samen met zijn adjudant ir. Rik Goetinck. Tijdens de grote informatievergadering over de aanvang van de Leiewerken in ’t Waaihof (17/09/1997) zetelden beiden nog in het panel naast burgemeester de Bethune. In de coulissen stond de pas afgestudeerde ingenieur Frank Serpentier mee te luisteren. Spruytte zou binnenkort met pensioen gaan, en Goetinck werd nog vóór de eigenlijke start van de werken naar een andere dienst getransfereerd.

De eerste fase van de Leiewerken aan het Albertpark en de Diksmuidekaai. © DVW

De eerste fases van de Leiewerken: dat zou de stageopdracht van Frank Serpentier worden. In 2009 kwam Peter De Meyer, eveneens pas afgestudeerd, in zijn plaats. Serpentier, een Wervikenaar, moest vervolgens de plannen voor de Leiewerken in zijn thuisstad ontwerpen. Maar ook vóór de start van de werken daar, werd hij overgeplaatst naar een andere dienst binnen DVW.

Met andere woorden: Kortrijk, de eerste fase in de modernisering van de Leie tussen Gent en Menen, was het laboratorium voor de rest van dit grootste Vlaamse waterbouwkundige project ooit. Van enige voorbereiding was amper sprake. Vlaanderen had bovendien geen enkele expertise ter zake. En de projectingenieurs die de plannen ontwierpen, kwamen pas van de schoolbanken. We ondervinden 20 jaar later nog steeds de gevolgen van dit amateurisme.

1985: Kortrijk capituleert

Op 19 december 1984 organiseerde de pers in Kortrijk Xpo een groot debat over de Leiewerken met stadsbestuur en honderden geïnteresseerde burgers. Om de aanpassingswerken voor de stad tot een minimum te beperken kwam o.a Karel Debaillie van de toenmalige PVV op de proppen met de zogenaamde ‘kleine oplossing’ waarbij op Kortrijks grondgebied enkel alternerend verkeer voor de schepen zou mogelijk zijn.

Dit idee kwam van ingenieur Jan Balduck ‘die hiermee regelrecht inging tegen de ideeën van zijn chef, hoofdingenieur-directeur Spruytte van Openbare Werken. Tijdens een persconferentie (…) verklaarde de volledige oppositie zich akkoord met de kleine oplossing en verwierp ze de werkwijze van het stadsbestuur (HN 17/01/1992).’

Kortrijk kon echter enkel maar capituleren voor Openbare Werken. Die bedenkelijke eer viel te beurt aan burgemeester Jozef De Jaegere, schoonvader van Stefaan De Clerck. Maar ja, iemand zou ooit de bittere pil moeten slikken. Het ‘Plan Spruytte’ was dus de ‘grote oplossing’ waardoor schepen van 1.350 ton in Kortrijk elkaar kunnen kruisen.

Ir. Spruytte van het Bestuur der Waterwegen district Kortrijk (2de van links). © Rijksarchief Kortrijk

Op vrijdag 11 oktober 1985 vond een van de meest memorabele gemeenteraadszittingen ooit in Kortrijk plaats. Het eerste protocol met het ministerie van Openbare Werken werd goedgekeurd: meerderheid (CVP) tegen minderheid (PVV, SP, VU en Agalev). De dag erna titelde de krant Het Volk: Wie ging door de knieën voor wie?

Verminking

Journalist Bernard Vancraeynest schrijft: De meerderheid kreeg van alle oppositiefracties het verwijt te horen dat ze voor het dictaat van Openbare Werken door de knieën is gegaan. Eerst aan het woord was VU’er José De Schaepmeester die vooral de manier waarop het Leiedossier tot stand kwam, hekelde. Het werd afgedaan als ‘geïmproviseerd‘ en ‘ondoordacht‘: ‘We komen nu volledig in de mist te zitten want het hele project wordt ons bij stukje en beetje ingelepeld.

De VU’er stelde dat ‘Kortrijk prooi is geworden van een onherstelbare verminking en dat in het protocol enkel werd rekening gehouden met het ‘scheepvaartstandpunt‘.’ En: ‘Alle andere aspecten van ecologische en stedenbouwkundige aard werden overboord geworpen.’

PVV’er Jacques Laverge had het over ‘het bombardement dat Kortrijk te wachten stond’. Hij oordeelde dat ‘een aantal mogelijkheden niet op hun wetenschappelijke waarde werden onderzocht.‘ De compensatie van de westelijke ring omschreef hij ‘als een zilverling die het stadsbestuur kreeg toegestopt in ruil voor een Leieverbreding zoals Openbare Werken die voorstaat.

Juul Debaere van Agalev vroeg zich af of ‘deze historische ingreep voor Kortrijk echt wel nodig is.‘ De argumenten van de drie oppositieleden snijden meer dan 30 jaar later nog steeds hout.

Jacques Laverge voorspelde ‘het bombardement van Kortrijk’. © Rijksarchief Kortrijk

Toch was dit akkoord van Kortrijk slechts een pyrrusoverwinning voor Openbare Werken, zoals Manu de Bethune schrijft in ‘Gedachten en herinneringen: Kortrijk van 1964 tot 2000 (2006)’, p. 163. Na 1985 stelde een groep parlementairen uit Kortrijk – nergens in de bronnen vinden we de namen van die politici – ‘de doortocht van de Leie opnieuw in vraag bij de minister. (…) Onder druk van de volksvertegenwoordigers vroeg de minister een nieuw onderzoek.

Er volgde een furieuze reactie van Openbare Werken. De grote baas verwoordde in een brief van 10 juli 1987 de misnoegdheid van zijn administratie met het oerklassieke maar inhoudsloze argument dat ‘de parlementairen veeleer meenden lokale belangen te moeten nastreven in plaats van het algemeen belang‘, (de Bethune, p. 164). Het gevolg van deze interventie van de Kortrijkse volksvertegenwoordigers was wel dat de plannen voor de Leiewerken weer voor lange tijd in de frigo belandden.

Akropolis

Kortrijk heeft bij Openbare Werken voor de Leiewerken twee compensaties in de wacht kunnen slepen: de westelijke ring en de Kasteelbrug aan de oude Leiearm tussen Kasteel- en Reepkaai.

Die Kasteelbrug hebben we te danken aan burgemeester De Jaegere. Voor de stedenbouwkundige begeleiding tijdens de werken deed hij in 1984 beroep op urbanist Raymond Lemaire (UCL), goed voor een contract van ruim 75.000 euro. Marc Lemaitre (sp.a) schreef er in 2012 dit over: ‘Dit was meteen heel hoog gegrepen want de hoogleraar kunstgeschiedenis was eerder betrokken bij de restauratie van wereldwonderen als de Akropolis in Athene, de tempels van Borobodur in Indonesië en de kasba van Algiers.

Veel heeft prof Lemaire niet kunnen uitrichten, aangezien de Leiewerken pas ruim een decennium later van start gingen. Het contract met de urbanist heeft wel de Kasteelbrug opgeleverd. ‘Hij vond het oorspronkelijke ontwerp van het Vlaams Gewest niet mooi en niet monumentaal genoeg,’ schrijft Lemaitre. ‘Hij liet dan maar zijn studenten een nieuw plan tekenen en het is naar dat plan dat het bruggetje is uitgevoerd.’

Oorspronkelijke schets van de huidige Kasteelbrug

 

Kasteelbrugje in ’t echt. © Stad Kortrijk

 

Het ergste van die Kasteelbrug uit 1994 is dat zij de stroomafwaartse toegang van (plezier)schepen tot de oude Leiearm barricadeert. Het ligt in de weg voor de jachthaven die Kortrijk al zo lang begeert. De aankondiging dat de Kasteelbrug binnen afzienbare tijd (binnen 10 jaar?) zal worden verhoogd, is daarom goed nieuws.’

Stilstand

De tweede en belangrijkste compensatie voor ‘het bombardement van Kortrijk‘ was de aanleg van de westelijke ring. Berucht is ondertussen de kluifrotonde aan de Appel: de aansluiting van de westelijke ring op het stadscentrum. Maar ook hier heeft het Vlaams Gewest zijn wil opgedrongen en Kortrijk kon enkel weer ondergaan. Eerst waren er plannen voor een tunnel, vervolgens een kruispunt, maar het werd uiteindelijk een bizar bovengronds ontwerp.

Wat moest dienen om de mobiliteit te garanderen, organiseerde de stilstand. Het kleinste kind kon voorspellen dat dit onding zelfs in daluren het verkeer zou doen stroppen. Minister Crevits kwam in 2006 het lintje knippen van de eerste kluifrotonde van Vlaanderen. Een grap van 12 miljoen euro die dermate uniek is dat die binnenkort al zal plaatsmaken voor een…tunnel van 12 miljoen euro. Als bedankje mocht de minister een mand appels in ontvangst nemen. Trouwens, de naam De Appel verwijst naar een gelijknamige taverne uit een ver verleden op de hoek van de Hendrik Conscience- en de Zandstraat.

Kruispunt Appel in vroegere tijden. © Stad Kortrijk

Schepen van Openbare Werken Guy Leleu spaarde in de media zijn kritiek op het misbaksel van een kluifrotonde niet. Maar het Vlaams Gewest pikte dit niet. HN 01/12/2009: ‘Een grote rotonde met twee rijvakken was beter geweest, maar dat bleek onmogelijk te zijn wegens plaatsgebrek. En niemand heeft dertig jaar geleden de financiële en politieke moed gehad om meer panden te onteigenen op het kruispunt Appel.’

De aanleg van de kluifrotonde en de westelijke ring werden volledig gefinancierd door het Vlaams Gewest. HN 01/12/2009: ‘Merkwaardige uitspraken van de stad’, zegt men daar nog. ‘Omdat de stad altijd betrokken is geweest bij de opmaak van de plannen. Meer nog, oorspronkelijk was er zelfs geen rotonde voorzien, maar een kruispunt. Het was net op aandringen van de stad dat binnen de bestaande onteigeningsgrenzen uiteindelijk is geopteerd voor een rotonde.’ Dit klopt, maar de woordvoerder verzwijgt dat het Gewest het eerste scenario – een tunnel – zelf van tafel heeft geveegd wegens te duur en te veel onteigeningen nodig.

Hineininterpretierung (over de prijs van de Leiewerken)

De bezwaren van de administratie tegen Steverlyncks kanaal: te kostelijk en te veel onteigeningen nodig. Het moet nu net lukken dat kostenramingen en onteigeningsplannen niet meteen de grootste specialiteit van Openbare Werken zijn. Het Kortrijkse luik van de Leiewerken nadert na 20 jaar stilaan zijn einde: mooi moment om wat aan Hineininterpretierung te doen.

Bij openbare werken heb je altijd één grote zekerheid: je komt nooit te weten hoeveel ze finaal hebben gekost. De Leiewerken in Kortrijk zijn in 1997 voor 40 miljoen euro aanbesteed. Het aannemersconsortium TV Leiedoortocht haalde de opdracht binnen. Uiteindelijk was dit slechts een raamcontract. Deze manier van aanbesteden zou uiteindelijk het Vlaams Gewest en de belastingbetaler zuur opbreken.

Uit de thesis van Thomas Block p. 221: ‘Minister Baldewijns kreeg het fiat om opeenvolgende deelcontracten af te sluiten (…). De keuze voor een raamcontract (één aanbesteding voor alle werken) was een idee vanuit de administratie en diende om druk uit te oefenen op de Vlaamse regering om telkens voldoende financiële middelen te voorzien. Wel ging men toen voorbij aan het feit dat de plannen en daardoor de tarieven van de aannemerscombinatie (…) voortdurend en soms drastisch zouden wijzigen.

Stevaert

Wegens een totaal gebrek aan voorbereiding ging het al fout toen in ’97 in het Albertpark de eerste bulldozer van de oplegger daverde. Door pas ontdekte bodemvervuiling (de ‘Vettekaai‘) lagen de werken onmiddellijk al voor twee jaar stil. Voor de sanering van de Vettekaai volgde een nieuwe aanbesteding van om en bij de 22,5 miljoen euro bovenop het raamcontract.

Het was direct duidelijk: de factuur voor deze werken zou totaal ontsporen. 20 jaar aan een stuk is steen en been geklaagd over het feit alle centen van Openbare Werken naar Kortrijk vloeiden, terwijl de rest van de burgemeesters in het Vlaams Gewest op hun kin moesten kloppen.

Ook de aannemers luidden vrij snel de noodklok, maar dan omwille van het feit dat de Vlaamse regering te weinig centen voor Kortrijk reserveerde: Zie HN 18/02/1999 uit een artikel van Patrick Ghyselen: ‘De aannemersgroep extrapoleert de huidige situatie naar de komende jaren toe. Aan het tempo van 206 miljoen frank per jaar duren de werken in dit geval tot 2011. Morgen komt Stevaert (toenmalig minister van Openbare Werken, sp.a, red.) Kortrijk met een bezoekje vereren en daarom vonden de aannemers het hun plicht om de bevolking van de stad Kortrijk te informeren en mentaal voor te bereiden op de jarenlange hinder als gevolg van de werken.’

De financiering van de Leiewerken was dramatisch en met nefaste gevolgen voor de timing. Oorspronkelijk zouden de werken vijf jaar duren… 20 jaar later moet men nog altijd beginnen aan de laatste brug uit het oorspronkelijke bestek: de Reepbrug. Meermaals moest men in Brussel toegeven dat de centen voor de Leiewerken op waren.

Johnny Turbo

De Vlaamse administratie verweet op haar beurt Kortrijk een veel te dure stedenbouwkundige afwerking te negotiëren, zoals de wandelpromenades, de designverlichting van bruggen en kades, de bakstenen kaaimuren (die verwijzen naar het kleiverleden van de regio) en een poëtische – volgens Stefaan De Clerck – maar vooral protserige en peperdure S-brug (ruim 4 miljoen euro volgens de officiële mededeling aan de pers).

De S-brug: een ontwerp van Laurent Ney (dezelfde van de Langewapperbrug in A’pen die is afgevoerd).

Herinner u: in 2000-2012 was het mantra hier aan de Leieboorden ‘design, creatie & innovatie‘. De huidige stadscoalitie beoefent aan de verlaagde oevers dan weer een andere hobby: drummen. Burgemeester Q volgde namelijk aan het conservatorium ooit nog drumles bij Johnny Turbo. Dus moet nu iedereen in Q-Town de tamboer beroeren. Ieder zijn meug.

In 2013 polste Bart Caron, Vlaams parlementslid voor Groen, bij minister van Openbare Werken Hilde Crevits naar een tussenstand. Toen stond de teller blijkbaar op 176 miljoen euro of 4,4 keer de oorspronkelijke intekenprijs. Caron schrijft erover op zijn blog: klik hier. De voorlaatste brug, de Budabrug, opende echter pas in 2015 en de gesprekken over de Reepbrug moesten toen zelfs nog beginnen. Die 176 miljoen is allesbehalve een definitief cijfer.

Periferie

Nog een bijkomende caveat: het antwoord van de minister op een parlementaire vraag wordt doorgaans opgesteld door de betrokken administratie, in casu bouwheer DVW zelf. De minister fungeert in het parlement louter als voorlezer. Op de correctheid van het ministeriële antwoord staat dan ook geen enkele garantie (zie later ivm. de Kortrijkse schadedossiers op vraag van Vlaams parlementslid Bert Maertens, NVA). Conclusie: de Leiewerken is een van de budgettair meest ontspoorde Vlaamse bouwdossiers.

Voorbeelden van financiële fiasco’s bij openbare werken zijn legio en kluiven voor het Rekenhof, al wordt met de aanbevelingen van het Hof achteraf weinig of niks aangevangen:

– het Vlinderpaleis in Antwerpen (280 milj. euro of 3,6 keer de intekenprijs): artikel HLN en Gazet van Antwerpen. 

– het station Luik-Guillemins (150 milj. euro of 4 keer de intekenprijs): klik hier.

De Antwerpse en Luikse follies haalden de koppen van de nationale media. De vraag van Bart Caron over de Leietoestanden werd enkel door de regionale pers gecoverd. Ontaarde dossiers in de periferie ontsnappen altijd makkelijker aan de aandacht van de nationale media.

Kruisverhoor

In hoeverre zijn die zogenaamde ‘officiële’ cijfers correct? Onmogelijk te achterhalen. Toch is het een keer gelukt. In 2006 werd met de gebruikelijke toeters en bellen en in aanwezigheid van de Kempense blonde deerne Tanja Dexters ‘de grootste skatebowl van de Benelux‘ geopend.

Over deze nieuwe parel aan de Leie deden nogal wat geruchten de ronde, vooral dan over de factuur. Het gespecialiseerde Amerikaanse bouwbedrijf Team Pain stond in voor de realisatie. En aangezien die gasten van de Leiewerken bij ramingen nooit een deftig vooronderzoek uitvoeren, kwamen meteen stabiliteitsproblemen aan het licht. ‘Officieel’ luidde het dat de skatebowl uiteindelijk 300.000 euro kostte, het dubbele van de geraamde 150.000 (HN 25/4/2006)

‘Niks van’, hoorden we het gonzen in de wandelgangen. Dus hanteerden we een beproefde methode van investigative journalism: een kruisverhoor van een medewerker van de jeugddienst op een ontiegelijk uur aan de toog van een afspanning hier ter stede. ‘De skatebowl heeft het dubbele van het officiële bedrag gekost: geen 300.000, maar wel 600.000 euro‘, luidde na enig aandringen de bevestiging van wat we al hadden opgevangen. Het waarheidsgehalte van uitspraken stijgt vaak evenredig met het intoxicatiegehalte van de spreker.

De skatebowl naast de Groeningebrug kostte geen 150 of 300.000, maar wel 600.000 euro. © VZW Toerisme Kortrijk

Frank Serpentier, projectleider van de Kortrijkse Leiewerken, liet zich tijdens tijdens een bewonersvergadering ooit ontvallen dat ‘openbare werken een beetje vergelijkbaar zijn met de bouw van een huis: het valt altijd wat duurder uit dan oorspronkelijk gedacht.‘ Oké, maar 4 keer de geraamde kost van een al bij al eenvoudig deelprojectje: dit is toch redelijk gortig.

Belastingbetaler

Vraag is in welke mate bij dergelijke budgettaire ontsporing de regelgeving inzake vrije concurrentie bij overheidsopdrachten nog speelt? Voor de kosten die de aanbestedingsprijs overstijgen, zijn de aannemers in principe niet meer gebonden door het oorspronkelijke contract. Maar in een complexe zaak als de Leiewerken vindt een hond zijn jongen niet terug.

Het oorspronkelijk bestek van de Leiewerken is amper meer dan een theoretische oefening voor een student burgerlijk ingenieur. Het bestek nr. W.1153 waarvoor de offertes op donderdag 5 december 1996 om 11 uur in de Passionistenlaan 82 in Kortrijk werden geopend, bevat niks concreets. Onze ingenieur die het bestek heeft doorgenomen: ‘Om dergelijk contract binnen te halen, moet je geen technische, maar wel een juridische ingenieur zijn.’ Een beetje ironie is altijd leuk.

De Vlaamse administratie heeft inderdaad gekozen voor een raamcontract, louter en alleen om de Leiewerken in 1997 op gang te kunnen trekken. In de loop van twee decennia is dit raamcontract vervolgens geconcretiseerd in deelprojecten en bijkomende aanbestedingen (bvb. voor de sanering van de ‘Vettekaai‘ en de cyanidevervuiling, de brugconstructies,…). Wat wel vaststaat: bepaalde werken aan de Leie heeft de belastingbetaler duur betaald, zéér duur.

Eerste pagina van aanbesteding Leiewerken (1996)

Naast de kostprijs had de administratie ook bezwaren tegen de noodzakelijke onteigeningen voor de aanleg van Steverlyncks kanaal. Ook hier enige nuancering: vóór de Leieverbreding zelf zijn ongeveer 300 panden en percelen onteigend ter waarde van 900 miljoen BEF.

En dat zou nog te weinig blijken. Zo moesten tijdens de werken aan de nieuwe Budabrug nog wegens instortingsgevaar de apotheek en het OCMW-gebouw worden afgebroken. Ook sleepten de gesprekken voor de verwerving van de NMBS-gronden op Kortrijk Weide tergend lang aan. En die hatelijke kluifrotonde daar hebben we ook te danken aan het feit dat er geen centen waren voor voldoende onteigeningen.

1971: het plan Steverlynck

De discussie over ringvaart versus verbreding en rechttrekking van de bestaande Leiebedding doorheen het Kortrijkse stadscentrum is in de bronnen over de Leiewerken vrijwel niks terug te vinden. Dat is redelijk merkwaardig. Een ringvaart is het meest evidente scenario om schepen tot 4.400 ton te laten passeren.

Binnenvaartschip met drie containerlagen

 In de thesis van Thomas Block (p. 214):‘Toen de onderhandelingen echt in het slop zaten, heeft men nog gedreigd met een ringvaart (…), maar meer was daar niet van aan. Als je de kaart neemt, dan zie je ook dat dit quasi onmogelijk is.’

Er is ook nog ‘De rivier maakt de stad‘ (van W&Z, stad Kortrijk en intercommunale Leiedal). Het boekje is de klassieke lofzang van de betrokken overheden op hun eigen realisaties, en moet dus ook niet al te serieus worden genomen. Op p. 21 in het foto-onderschrift: ‘Het plan stuit op heel wat protest van Heule (…). Het idee geniet weinig steun en verdwijnt uiteindelijk van de tafel.

Een ringvaart – zoals het voorstel van Steverlynck – is het enige technisch aanvaardbare alternatief voor de modernisering van de Leie. Maar het ministerie van Openbare Werken wil maar één ding: een grootschalige aanpassing van de Leie dwars doorheen het oude stadscentrum.

Het verhaal van de Leiewerken legt de zwakte van het Texas van Vlaanderen bloot wanneer we in de Wetstraat ietwat serieuzere – zeg maar bovenlokale – dossiers moeten aankaarten. Oudere Overleienaars herinneren zich de krachtmeting tussen enerzijds politici en ondernemers uit de regio en anderzijds de toen nog federale administratie Openbare Werken.

Alhoewel krachtmeting: duidelijk was dat het ministerie Kortrijk de werken door de strot zou duwen. Brussel moest enkel wachten tot het stadsbestuur zou slikken. Dat gebeurde medio de jaren ’80 van vorige eeuw. Vanaf dan trachtte Kortrijk enkel nog compensaties voor de werken in de wacht te slepen: dit werd de nieuwe westelijke ring met de verfoeide kluifrotonde en het armtierige Kasteelbrugje (zie ook: Kortrijk capituleert).

Captain of industry

In 1971 kwam de Kortrijkse textilien Baldewijn Steverlynck van de gelijknamige villa aan de Leopold III-laan naast het Albertpark met het plan voor een noordelijke ringvaart. Die zou aansluiten op de Leie in Harelbeke, langs de Kuurnse industriezone via Bissegem tot in Wevelgem. Een deel van het oude traject van het kanaal Kortrijk-Bossuit zou opschuiven met een bypass tot naast de toen aan te leggen R8.

Plan voor een noordelijke ringvaart en een zuidelijke bypass voor het kanaal Kortrijk-Bossuit naast de toen nog aan te leggen R8.

Het plan Steverlynck wou vermijden dat het Kortrijkse stadscentrum jarenlang door grootschalige werken zou worden gegijzeld, het bestaande stadsweefsel zou worden aangetast en de historische stadsbuurten Buda en Overleie substantiële schade zouden oplopen. Redelijk gefundeerde besognes.

Wikings

Baldewijn Steverlynck (1893-1976) was een van de eerste captains of industry in ons land. Diens textielimperium bestond uit o.a. weefgetouwenproducent Picanol (Ieper, intussen beursgenoteerd), Belgian Sewing Thread (aanvankelijk Min. Liebaertlaan, Kortrijk) en Groeninghe Ververij (Groeningekaai, Kortrijk). Samen met Lieven Gevaert richtte hij in 1926 het Vlaams Economisch Verbond (VEV, nu Voka) op. In 1935 was Steverlynck medestichter van Kredietbank, nu KBC.

Tegenover Steverlyncks villa Rozenkrans aan de overkant van de Leie bevindt zich diens als elitair bestempelde sport- en netwerkersclub Wikings. Baldwijn Steverlynck was een uitgesproken Vlaamsgezinde ondernemer. De running joke was dat diegene die het riskeerde zijn factuur aan Wikings in het Frans op te stellen, per retour het laconieke bericht ‘Geen Vlaams, geen geld‘ in zijn bus kreeg. Nazaten van de Steverlyncks waren ook actief in de politiek (CD&V). De echtgenote van gewezen premier en Europees voorzitter Herman Van Rompuy (CD&V), Geertrui Windels, is eveneens familie.

Het voorstel van Steverlynck voor een ringvaart ging regelrecht in tegen het standpunt van Openbare Werken. Zie doctoraatsthesis van Thomas Block:

p. 216: ‘Een deel van de administratie van de waterwegen zat in Kortrijk. De Leiewerken, dat was hun voortbestaan. Directeur Spruytte was dan ook een enorme pleitbezorger voor de Leiewerken.’ Aanvankelijk huisde deze administratie op de hoek van de Ijzer- en Damkaai, daarna in de Passionistenlaan, red.

Doornik

p. 216: ‘Volgens de verantwoordelijke van de werken, ingenieur Paul Spruytte van het departement Openbare Werken (…), raakte het geheel nadien enkele jaren in een impasse door de tussenkomst van een groep Kortrijkse parlementairen.(…) Het gevolg van deze tussenkomst was wel dat het dossier stillag, wat het departement Openbare Werken allesbehalve beviel. In het bijzonder was binnen dit departement ingenieur Spruytte een grote voorstander van en de drijvende kracht achter het project.

p.216: ‘Uiteindelijk heeft ingenieur Spruytte het alternatieve tracé ontwikkeld: langs de Leie en door Kortrijk. Oorspronkelijk zou het via Doornik gaan.’

Spruytte was dus de man die in Kortrijk zorgde voor zijn eigen werkzekerheid. De krachtmeting ging uiteraard ook de persoonlijke toer op. Zo verweet Spruytte dat Baldewijn Steverlynck met de ringvaart vooral zijn eigen patrimoniale belangen wilde beschermen. Steverlynck was eigenaar van een pak gronden tussen Leie en Leopold III-laan en aan de overkant van de Wikings en het hippisch domein (nu eigendom van de familie Bert van Kinepolis).

En wie binnen het ministerie het ‘Plan Spruytte‘ niet had gesteund, wachtte een nieuwe uitdaging. Zo mocht ingenieur Jan Balduck zijn kantoor in Kortrijk opruimen en opkrassen naar district Gent. Deze geboren Kortrijkzaan was actief in de Volksunie (VU). Momenteel zetelt hij in de Waregemse gemeenteraad voor NVA. Hij is enige jaren met pensioen als hoofdingenieur en maakt sinds 2010 deel uit van de nieuwe raad van bestuur van de Vlaamse waterwegbeheerder. Balduck was ook adviseur van minister van Openbare Werken Johan Sauwens, toen nog VU (1999-2001).

Kortrijk-Bossuit

Voor de Leiewerken werd Wikings voor een deel onteigend. Het mooie clubhuis gebouwd tijdens het interbellum in cottagestijl moest tegen de vlakte. Voor de bochtafsnijding moest ook de kano- en yachtclub langs de Leie wijken. De familie Bert van Kinepolis stond voor een bochtafsnijding en de aanleg van een nieuw jaagpad een deel van haar domein af en kreeg een kleine jachthaven in de plaats.

Het vroegere en intussen gesloopte clubhuis van Wikings aan de samenvloeiing  van Leie en Kanaal

In 2015 zijn de Kortrijkse Leiewerken nog steeds niet klaar of het Vlaams Gewest kondigt tijdens een persconferentie op 19 mei alweer aanpassingswerken aan het Kortrijkse deel van het kanaal Kortrijk-Bossuyt aan. Er zijn twee mogelijke scenario’s. Ofwel maken de drie Kortrijkse sluizen plaats voor één grote sluis en wordt het bestaande traject verbreed voor schepen tot 3.000 ton.

Klein probleem: de drie oude sluizen zijn beschermd erfgoed. Ofwel, als die oude sluizen moeten blijven, komt er een doorsteek vanaf Stasegem langsheen de wijk Venning tot bij het New Foundland-monument aan de R8 (Gentsesteenweg). Dit stemt grosso modo overeen met de zuidelijke bypass in het voorstel van… de ringvaart van Steverlynck.

Consensus

Indien er nog twijfelaars zouden zijn: uiteindelijk zal enkel de administratie van de waterwegen beslissen wat aan het Kortrijkse kanaal zal gebeuren. De administratie beweert tijdens de persconferentie bij hoog en bij laag dat er voor de verbreding van het kanaal geen onteigeningen op de Abdijkaai nodig zijn. Geen kat die dit gelooft. De vrees bestaat dat niet enkel beschermde sluizen zullen verdwijnen, maar ook het beschermde openluchtzwembad, de Wikings en misschien weer een deel van het domein Bert zal worden onteigend.

De reden waarom de administratie van geen binnenvaart wou weten, was niet meteen van pecuniaire aard, zoals de thesis van Thomas Block en DVW willen laten geloven. Openbare Werken wilde in eerste plaats de eigen onderhandelingspositie niet verzwakken door tegelijkertijd gesprekken aan te knopen met alle betrokken gemeenten van Harelbeke tot en met Wevelgem. Het is inderdaad goed mogelijk dat men in dit scenario nooit tot een consensus tussen de partijen zou zijn gekomen. En de gemeentefusies, die dateren pas van 1976.

Het feit dat de ringweg R8 rond Kortrijk na een halve eeuw nog steeds niet is afgewerkt en er op de gevaarlijke kruispunten van het vergeten traject jaarlijks meerdere dodelijke verkeersslachtoffers vallen, heeft precies te maken met probleem probleem van bestuurlijke versnippering in de regio. Enkele maanden geleden wist minister van Openbare Werken Ben Weyts in het parlement te vertellen dat er nog eens een werkgroep voor de R8 wordt opgestart. We zijn dus nog altijd niet aan de nieuwe patatjes.

Het Bestuur der Waterwegen had dus een punt om te kiezen voor een gefaseerde aanpak voor de modernisering van de Leie. Volgens een uitgekiende strategie moest eerst Kortrijk op de knieën. Vervolgens trok men helemaal richting Noord-Franse grens naar Wervik. Om dan stroomafwaarts helemaal terug te keren naar Harelbeke. En momenteel lopen de gesprekken en onteigeningsprocedures weer helemaal aan de andere kant: grensstad Menen. Voor de administratie was deze aanval in gespreide slagorde misschien de enige manier om in het Leiedossier vooruitgang te boeken .

1947-2018: in vogelvlucht over de Leie

In 1947 keurden de Europese ministers van Verkeer een richtlijn goed om een waterwegennetwerk voor schepen tot 1.350 ton uit te bouwen. In 1957 zette de regering dit om in Belgische wetgeving. Na de overstromingen van 1965-’66 werd ook de Leie in dat plan opgenomen. Terwijl de Leiewerken in Kortrijk in de jaren 2000 aan de gang waren, verhoogde Europa voor het Seine-Scheldebekken de norm tot schepen van 4.400 ton (3 containerlagen).

  • 1975: 1ste plan voor een verbreding van de Leie brede tot 42 m wordt door Kortrijk afgeketst.
  •  1981-1982: 2de plan, deze keer voor een waterweg van 32 m. Kortrijk stelt opnieuw een veto wegens te grote impact op het bestaande stadsweefsel
  • 1984: Kortrijk geeft prof. Lemaire (UCL) de opdracht voor een studie naar de stedenbouwkundige impact
  • 1985: Ondertekening eerste protocol. Kortrijk krijgt een nieuwe westelijke ring als compensatie voor de Leiewerken
  • 1992: Aanvullend protocol. Intercommunale Leiedal krijgt de opdracht voor een studie naar het stedenbouwkundig herstel
  • 1992-1998: Onteigeningen
  • 1994-1995: Bouw Kasteelbrug
  • 1996: Bouwvergunning Leiewerken
  • 1997: Gunning werken aan TV Leiedoortocht en start van de werken
  • 1997-1999: Bouw Dambrug
  • 1998-2000: Bodemvervuiling ‘Vettekaai’ (Albertpark) zorgt voor ernstige vertraging
  • 2000-2009: Fase 1 met de realisatie van de Groeningebrug, de Diksmuidekaai, het Albertpark, de skatebowl en de Collegebrug
  • 2004-2009: Fase 2 tot 4 met bochtafsnijding Gerechtshofbrug, Ronde van Vlaanderenbrug, westelijke ring en kluifrotonde
  • 2006: Na lange discussies over de oplopende kostprijs van de werken wordt op 8 mei een overeenkomst goedgekeurd over de verdere financiering van de werken.
  • 2009-2015: Fase 5 met bijkomende onteigeningen, bouw Budabrug, aanleg Ijzerkaai en Fabriekskaai
  • 2015: Stadsfestival ‘De Grote Verleieding’ viert einde Leiewerken, maar die zijn nog niet ten einde
  • ????: Aanpassingswerken westelijke ring en vervanging kluifrotonde door tunnel (deze keer als compensatie voor de stationswerken)
  • ????: Aanpassingswerken westelijke ring en vervanging kluifrotonde door tunnel (deze keer als compensatie voor de stationswerken)
  • ????: Aanleg drainage Albertpark-Guldensporencollege
© Stad Kortrijk

De gebeurtenissen tussen de richtlijn van 1947 en 2007 staan in detail in de doctoraatsthesis van Thomas BLOCK (vanaf p. 209): ‘Van ID naar 3D: besluitvormingsprocessen en beslissingsmacht bij stadsontwikkelingsprojecten’.

Kleine bemerking: het algemene theoretische gedeelte van deze doctoraatsthesis over lokale beslissingsprocessen illustreert de onderzoeker toevallig met enkel drie praktijkvoorbeelden uit Kortrijk: Leiewerken, winkelcentrum K en Budascoop. Het zijn dan ook nog eens toevallig drie realisaties die ereburgervader Stefaan De Clerck als zijn persoonlijke verdienste beschouwt.

Kortrijkwatcher Frans Lavaert wist uit te vlooien dat een van de promotoren van de doctoraatsthesis, professor Filip De Rynck uit Marke, in de media ooit stemadvies voor onze vorige burgemeester verleende:  klik hier.

En de Leiewerken zijn dan nog niet eens een stadsproject: bouwheer is het Vlaams Gewest. Een klein stemmetje zegt ons: enige radicaal-kritische reflectie is best aangewezen bij het lezen van dit wetenschappelijke traktaat.

Volgend anoniem citaat uit de thesis is evenwel top (p. 220): ‘Ik heb Spruytte (de ingenieur van de Administratie der Waterwegen die Kortrijk de werken heeft doen slikken, red.) in ’94 of ’95 uitgenodigd bij mij op kantoor en ik ben dan samen met collega Lemaitre naar (minister) Baldewijns getrokken omdat ik dat een goed dossier vond. Baldewijns heeft toen geoordeeld dat het inderdaad een goede keuze was, maar om het te doen rijpen in de Vlaamse regering is er een studie besteld die moest bewijzen wat we eigenlijk al wisten. Dan is het allemaal gestart.’ (politicus Kortrijk, 2007)

‘Courtrai Tonight’

Aan het woord is Philippe De Coene (sp.a). O, ironie! In de stad waar de christendemocratische overheersing 150 jaar absoluut was, is het net een socialist die in 1996 de belangrijkste infrastructuurwerken ooit aankondigt. Voor CVP-burgemeester Manu de Bethune moet dit geklonken hebben als een misthoorn in het donkerste van de nacht: de huidige OCMW-schepen als The Prince of Darkness! De Coene had al enige ervaring in die rol. Hij verving ooit frontman Lucien Callewaert in de legendarische Kortrijkse punkband The Definitivos met hun hit ‘Courtrai Tonight‘.

Platenhoes van de Kortrijkse punkpioniers Definitivos.

Dit was een prachtig socialistisch onderonsje. SP’er Eddy Baldewijns werd in 1995 Vlaams minister van Openbare Werken. Vóór hem was de portefeuille in handen van respectievelijk Wivina De Meester en Theo Kelchtermans: twee CVP-excellenties die niet warm liepen voor de Leiewerken. En intussen werd Leo Clinckers – van sp.a-signatuur uiteraard – in 1996 de nieuwe topman van de bouwheer van de Leiewerken. Paul Spruytte, de ingenieur die van de Leiewerken zijn topmissie had gemaakt, bereikte ondertussen de pensioengerechtigde leeftijd. De Leiewerken: dat zou dus het project van Clinckers worden – en de schadedossiers helaas ook. Zijn naam zal aan de oevers van de Golden River meer dan eens weerklinken.

De eerste steen van de Leiewerken werd op 26 september 1997 aan de Nijverheidskaai geplaatst door minister Eddy Baldewijns en burgemeester Manu de Bethune. Philippe De Coene stond toen niet mee op de foto.

Waarom de overheid vertikt de schade door de Leiewerken te regelen

De modernisering van de Leie tussen Gent en de Noord-Franse grens voor schepen tot 4.400 ton – de zogenaamde Leiewerken – is tot nu toe het belangrijkste Vlaamse infrastructuurwerk ooit. De eerste fase startte in 1997 met het wegwerken van de flessenhals in Kortrijk en de bouw van 7 bruggen en 6 km kademuren. Op de laatste realisatie uit het oorspronkelijke bestek – de Reepbrug – is het ruim 20 jaar later nog altijd wachten.

De Leiedoortocht in het historische centrum van Kortrijk is allesbehalve een technisch evidente keuze. Het Vlaams Gewest heeft met dergelijke ingreep geen enkele ervaring. De administratie wou echter om tactische – geen technische of budgettaire – redenen onder geen beding van een ringvaart weten. Het stond al sinds de jaren ’60 in de sterren geschreven dat Kortrijk in deze krachtmeting met Brussel geen partij was: Overleie zou de Leiewerken in de maag gesplitst krijgen.

Doorbraak

In 1985 ging Kortrijk op de knieën, zoals journalist Bernard Vancraeynest toen in Het Volk schreef. Het daaropvolgende verzet van enkele Kortrijkse parlementairen bij de Vlaamse minister tegen de Leiewerken was niet meer dan een laatste stuiptrekking. Het Bestuur der Waterwegen forceerde in 1996 de doorbraak door de Vlaamse regering te overtuigen een raamcontract te gunnen. Dit zou de belastingbetaler zuur opbreken. De Leiewerken is een van ’s lands budgettair meest ontspoorde bouwdossiers.

Eerste pagina van aanbesteding Leiewerken (1996)

Bij de start van de Leiewerken in het Albertpark liep het meteen fout. ‘Amateurisme keldert Leiewerken’, titelde journalist Gerrit Luts in 1998 in Het Nieuwsblad. Vlaanderen noch Kortrijk waren klaar voor dit complexe project waarvan men de gevolgen op Overleie en Buda niet kon inschatten.

Van enige voorbereiding was amper sprake. Bvb. de realisatie van de Budabrug nam alleen al in totaal vijf jaar in beslag: toch net iets te veel van het goede. De timing was een lachertje: werken die oorspronkelijk in totaal vijf jaar zouden duren, zijn in 2018 – 20 jaar later – nog niet voltooid.

Verrottingsproces

En het management der Leiewerken? De keren dat de bij de start opgerichte opvolgingscommissie samenkwam, is op één hand te tellen. De stuurgroep met vertegenwoordigers van de Vlaamse administratie, de stad Kortrijk en de intercommunale Leiedal – zeg maar het feitelijke managementcomité van deze ingrijpende en complexe werken – kwam dan weer enkel samen als dit het bestuur van de waterwegen behaagde: zo’n 1 tot 3 keer per jaar.

De Appel: verfoeid door de passanten en een vette kluif voor de media.

Omwille van budgettaire redenen zijn abominabele technische keuzes gemaakt. Een opzichtig voorbeeld is de kluifrotonde die de nieuwe westelijke ring op het stadscentrum aansluit. Na amper 10 jaar moet dit onding alweer wijken voor het oorspronkelijke plan: een tunnel. Dat de apotheek aan de Budabrug niet vóór de start van de werken is onteigend, mogen we gerust als crimineel gedrag van de overheid bestempelen. DVW verkoos het goedkope verrottingsproces: men heeft gewacht tot de uitbaters niet anders konden dan hun zaak te sluiten en het gebouw op instorten stond.

Het meest mediatieke verhaal is dat van Het Verdronken Land van Overleie. Al sinds 1998 kampen het Koning Albertpark en het Guldensporencollege met ernstige wateroverlast, zeg maar overstromingen. En de laatste drie jaar zijn we helemaal aan het verzuipen. Eén eigenaar die een week aan een stuk 40.000 l/dag uit zijn kelder moet wegpompen: het is geen uitzondering.

Bagdad

Ondanks rechtbankprocedures die al meer dan een decennium aanslepen, is er nog in de verste verten geen oplossing in zicht. Geen enkele gerechtsdeskundige wil er zijn handen aan vuil maken. Erkennen dat er een grondwaterprobleem is, dat lukt nog. Maar maatregelen voorschrijven voor een problematisch voorhistorisch rioolstelsel op de campus van het college, dat durven ze niet. Inderdaad, zachte heelmeesters maken stinkende wonden.

Sinds 2000: bij iets van een degelijke plensbui staan in het Albertpark tuinen dagenlang blank. Sommige eigenaars moeten sindsdien hun kelder leegpompen: 24/24, 7/7, jaar in jaar uit.

Met de gebouwschade langs de Leieboorden is het niet anders. In 1998 zijn de bulldozers het Albertpark, de Diksmuidekaai en de Ijzerkaai binnen geraasd zoals destijds de VS-tanks in Bagdad. De aannemers legden er bouwputten aan als bomkraters aan onze voor- of achterdeur. Senator Jacques Laverge had al in de jaren ’80 ‘het bombardement van Kortrijk’ voorspeld. Hij zat er niet ver naast.

Panden kregen te lijden onder verzakkingen en vertonen barsten en scheuren. Sommige zijn structureel ernstig beschadigd. Maar de gerechtsdeskundigen kruipen weer in de rol de Comical Ali: de Iraakse minister van Communicatie die voor de camera’s van CNN beweerde dat hij nog geen Amerikaan had gezien, terwijl we achter zijn rug de VS-tanks Bagdad zagen binnen razen. Althans, dat is zo wanneer de schadelijder de gewone man is. Wanneer de overheid, zoals bvb. het OCMW, slachtoffer is, dan kan precies wel binnen redelijke termijn een aanvaardbare regeling uit de bus komen.

Verzuurd

De vraag die ons duizend keer is gesteld: waarom verdedigen de schadelijders van de Leiewerken niet samen hun belangen? Juist: eendracht maakt macht. Maar het performante en deskundige buurtcomité VZW Kameleon, dat al in de jaren ’80 actief was, stierf bij de start van de werken een verdachte dood. Daarna nam het wijkcentrum van Overleie die rol over. Maar toen tegen 2005 stilaan duidelijk werd welke ravage de werken uitrichtten, hield ook deze werkgroep op te bestaan. Het is allemaal niet toevallig.

De propagandamachine die de betrokken overheden bij dergelijke projecten in gang zetten, walst werkelijk alles plat. Met de budgetten die Kortrijk en Vlaanderen intussen hebben gespendeerd aan promotie van de nieuwe prestigieuze Leieboorden, kun je wellicht heel de exclusieve K-Tower opkopen. De media worden onder druk gezet om vooral niks negatiefs over de Leiewerken te berichten. Het gesubsidieerde cultuurhuis Budascoop moest van de burgemeester in het Albertpark en de Ijzerkaai een festival tegen de verzuurde en klagende schadelijders organiseren. Dat was in 2010.

Sinds de sloop van de apotheek prijken nabij de Budabrug foto’s met lachende gezichten op de muur: beetje cynische propaganda moet kunnen vinden ze bij de stad.

De rechtbankprocedures lopen intussen meer dan een decennium. We noemen ze het Kortrijkse Arco-dossier. Ook hier hebben we te maken met overheden – in casu Vlaanderen en Kortrijk – die het vertikken in het algemeen belang problemen op te lossen.

Goed bestuur’

De overheid verkiest een nutteloze, slopende en dure krachtmeting waarbij een gewone sterveling bij voorbaat de pineut is. De kunst bestaat erin uiterst gedisciplineerd om de hete brij te walsen en niks aan de kern van het probleem te doen.

In 2008 bokste de regering voor de Arco-spaarders een dubieuze garantieregeling in elkaar om het probleem vooral op de lange baan te schuiven. Ook omtrent de wateroverlast in het Albertpark bekokstoofden het Vlaams Gewest en de stad Kortrijk een ongeloofwaardig plannetje enkel en alleen om de zaken op hun beloop te laten.

De ego’s van de macht – groter dan de nieuwe K-Tower aan de Leie – primeren op de ratio en de principes van goed bestuur. Dit laatste was ooit een verkiezingsslogan van gewezen CD&V-wonderboy maar intussen door de Arco-en Fortis-dossiers politiek verbrande Yves Leterme. Diezelfde Leterme die zei dat de Arco-spaarders aan het Dexia-debacle geen euro zouden verliezen.

Op alle oppositiebanken is het na enkele jaren van wat aarzelend gemor eveneens oorverdovend stil. Open VLD, LDD en Groen hebben zich in het Vlaams Parlement aanvankelijk nog over de schade door de Leiewerken geroerd. Maar het is allemaal too little too late. Zowel Arco- als Leiegedupeerden roepen uiteindelijk in de woestijn.

De Leiewerken is geen uniek verhaal, wel een relevant verhaal voor elke burger die te maken krijgt met een overheid die zichzelf boven de wet verheft. Als Arco symbool staat wat in de Wetstraat fout loopt, dan zijn de Leiewerken het symbool van wat op het Brusselse Martelarenplein en de Kortrijkse Grote Markt 54 verkeerd gaat.